197. Naar Baltrum

We zijn allemaal gelukkig op tijd wakker. Het weer is aardig. Het huiswerk is gedaan: iedereen weet wat de uiterste deadline is waarmee het tweede (en ondiepste) wantij genomen moet worden. Je weet tenslotte nooit wat er onderweg gebeurt en of je misschien de groep kwijtraakt. Iedereen moet dan ook zelf de tocht tot een goed einde kunnen brengen. Op het moment dat Bob dit gisteravond tijdens het etentje nog eens benadrukt, weet hij niet hoezeer we dat vandaag zelf in de praktijk gaan brengen...


Er zijn wat donkere wolkjes al dan niet met inhoud onderweg. Maar dat zien we dan wel weer. De wind is zowaar (speciaal voor ons?) vandaag naar het noordoosten gedraaid. Dat komt heel goed uit want nu is de route wederom te bezeilen. Tot aan Langeoog gaat het prima en liggen we perfect op schema. Dan zetten we de motor even bij om in het zeegat tegen de stroom in toch nog wat snelheid te houden. 

Onze motor doet het een paar tellen en daarna wordt het stil... Hij krijgt duidelijk geen diesel meer. De tank zit vol, dus dat kan het niet wezen. Bob begint diesel te ruiken, snelt naar binnen en ziet dat onder de vloerplanken de bilge vol met diesel begint te lopen. Ho, ho, gauw de motor uit! Alle zeilen staan nog bij dus terwijl Bob de motorruimte openmaakt, zeil ik de haven van Langeoog binnen. Die is breed, het is bekend terrein, er is geen ander verkeer en de Freya is in de buurt; op ons gezwaai komen ze al op ons af. Bob ziet direct dat er een slangetje van de opvoerpomp van de dieselleiding los is gesprongen. Daar spuit de diesel vrolijk uit. 

We waarschuwen via de marifoon de andere boten dat wij Langeoog binnenlopen en dat zij door kunnen varen. We besluiten gezamenlijk dat de Freya ons op sleep neemt en bij een steiger van de jachthaven dropt. De heren hebben gelukkig nog alle tijd om voorbereidingen te treffen terwijl de dames de boten de goede kant op manoeuvreren. Het oppikken van de sleep gaat voorbeeldig. Het lijkt wel of we het samen al eens geoefend hebben. Dat hebben we niet, dus Fre: misschien zijn wij natuurtalenten? Even later liggen we beiden keurig aan de steiger afgemeerd en Bob overziet de schade. Het slangetje zit er zo weer aan, dat is niet het probleem, maar waar laat je al die diesel? Er zit zeker 4 liter in de bilge. Bob gaat met doeken en sponzen in de weer. We legen al onze waterflesjes en Bob vult ze met het stinkende goedje. De boot ruikt als een varende Shell pomp.



Na een kleine drie kwartier is de meeste rotzooi provisorisch opgeruimd. Auke komt er ondertussen ook aan, terug van de vaste wal en met zijn nieuwe bemanning. We maken als een speer weer los en racen op de motor naar het volgende wantij. Wetende dat er niet veel tijd meer over is om de ondiepte te passeren. Gelukkig hebben de heren hun huiswerk goed gedaan, ze weten bijna op de minuut nauwkeurig tot hoe laat het nog kan. We halen het net. Het begint wat te regenen maar al gauw komt de haven van Baltrum in zicht. De anderen wachten ons op en hebben een plekje vrij gehouden; dat is nog eens teamwerk!

Dan begint de lange, vieze klus om alles weer schoon te krijgen. De arme Bob is daar de hele middag mee bezig. Ondertussen meld ik ons aan bij de havenmeester. Wel uniek want hij is tegelijkertijd luchtverkeersleider van het vliegveldje hier. Zijn witte container met gele band staat op het platform. Onderwijl zie ik de paard en wagen en de vrij loslopende paardjes door de straat huppelen. Wat een bijzonder eiland, ik moet het maar gauw gaan verkennen.


Tegen zes uur is de klus eindelijk geklaard en trakteren we onszelf op een etentje buiten de deur. Dat heeft vooral Bob wel verdiend! We komen in een zeer ouderwets hotel-restaurant terecht: monumentale grandeur is het eerste wat bij me opkomt. De inrichting stamt nog uit de vorige eeuw. Ik probeer er verbinding met internet te krijgen maar dat lukt niet. Net als op de boot. Volgens de serveerster is het overal op het eiland uitgevallen. We moeten morgen maar eens op het vliegveldje vragen...

In de miezerige motregen lopen we terug naar de boot. Die zit ondertussen vast in de modder. De sfeerverlichting gaat aan, de kachel snort gezellig en de oogjes gaan even dicht. Morgen weer een dag.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten