Zijn grote gele Zeevonk lag deze winter in Franeker. Onlangs hebben we met mijn schoonzus, haar broer en enkele goede vrienden de catamaran naar Oostmahorn gebracht. Het laatste reisje met de zo vertrouwde boot. De kapitein heeft het niet meer mee mogen maken.
De route van Franeker naar Oostmahorn loopt via de noordelijke Staande Mastroute. Niet moeilijk maar wel smal. De bruggen door Leeuwarden vormen het grootste knelpunt. De boot is 7.66 m breed; de twee smalste bruggen zijn maar 0.31 cm breder. Dat betekent aan elke kant 15.5 cm speling. Te weinig om stootwillen tussen te hangen. Gelukkig wordt er niet gespuid en staat er geen straffe wind. Dat had de doortocht nog een stuk moeilijker gemaakt. We duwen de Zeevonk door de bruggen. We trekken veel bekijks met het gele monster dat door de stadsgrachten schuift.
Helaas hebben we aan het begin van de ochtend wat pech met het starten van de motoren en later op de dag met de bediening van de bruggen. Het laatste obstakel, de sluis van Dokkumer Nieuwe Zijlen, halen we daardoor net niet. We leggen de boot aan de wal. Twee bemanningsleden blijven aan boord slapen. De rest gaat naar huis.
sluis Dokkumer Nieuwe Zijlen |
We zijn het allemaal eens: de moeizame laatste reis van de Zeevonk is een laatste streek van de kapitein. Hij test ons en wil niet dat de boot de verkoop in gaat? Misschien dat hij ons van bovenaf zit uit te lachen.
Ietwat vertraagd arriveren we in jachthaven Lauwersmeer. We moeten aanmeren aan hoger wal met een hele forse wind dwars. Dat valt niet mee. Alle PK's van de boot en van onszelf gooien we in de strijd om de boot langs de steiger te krijgen.
We ruimen op en de kapiteinse sluit de boot af. Een tijdperk is voorbij.
- Posted using BlogPress from my iPad
Mooi en pakkend geschreven! Een mens wordt er stil van, zelfs een buitenstaander...
BeantwoordenVerwijderen