26. Reddingsmiddelen enzo



Behalve “natte” evenementen organiseert de Vereniging van Toerzeilers ook “droge” evenementen. Een bezoek aan een bedrijf dat reddingsmiddelen controleert, is er deze winter één van. Het bedrijf bestaat uit een grote lege hal met enorme stellingkasten langs de wanden. Daarin liggen netjes geordend alle mogelijke reddingsmiddelen opgeslagen. Sommige zijn al gekeurd en kunnen terug naar de eigenaar. Andere moeten nog onder handen worden genomen. We zien een fiks aantal megacontainers met de naam “Koegelwieck” erop. Hoeveel veerbootpassagiers zouden er in één zo’n vlotje passen?


 


In de hal staan her en der, speciaal voor ons, verschillende maten vlotten in opgeblazen toestand. Heel interessant om ze nu eens in het echt te zien en de verschillende merken te vergelijken. We hebben dan wel zo’n container aan boord, we weten globaal wat er in zit, maar hoe het nou allemaal precies zit? De verschillende plus- en minpunten van de diverse vlotten worden besproken. De een heeft in het geheel geen drijfankers onder de bodem hangen en zal snel ondersteboven liggen. De ander heeft een leuk model dakje boven het hoofd maar dat maakt het bijna onmogelijk om in te stappen. De derde heeft wel een héle karige inventaris. Het ene vlot is het andere niet. We zien handige gootjes waarvan het de bedoeling is dat ze regenwater voor je opvangen, zaklantarens met en zonder batterijen, peddels en hoosblikken. Maar ook LED-lampjes en stroboscooplichtjes passeren de revue. Nadat we de houdbare kaakjes hebben (goed-)gekeurd, verleggen we onze aandacht naar de automatische reddingsvesten. We horen dat “zelf regelmatig controleren” absoluut geen loze kreet is. Het zou niet de eerste keer zijn dat iemand een heel seizoen met een reddingsvest rondloopt dat in feite niets doet. Een werknemer vertelt dat ze dat pas geleden nog ontdekten bij een kindervestje. Je moet er niet aan denken. Hilarisch is het zelf aan het koordje trekken. Dat kost nog best wat kracht. Het vest blaast zich op en je hangt erin als een overmaatse worst met het vest tot over je oren. Niet echt charmant maar wel levensreddend hopen we dan maar. 





’s Middags gaan we een deurtje verder op hetzelfde industrieterrein. We bezoeken een firma die o.a. scheepsstoffering verzorgt. We krijgen een uitgebreide uitleg over de verschillende materialen waarvan onze bootkussens zijn gemaakt; termen als polyether, koudschuim, tempur en latex hebben voor ons al gauw geen geheimen meer. We horen over de verschillende bedbodems en zitten en liggen “proef”. Knap hoor, hoe ze die kussens met moeilijke rondingen zo strak in de bekleding krijgen; dat is met recht een kunst apart. We zien ook de meest prachtige stalen met stof; er gaat voor velen van ons een wereld open. Een adresje om te onthouden. Het was weer een hele leerzame middag. Behalve heel nuttig is het ook erg gezellig om buiten het seizoen weer eens even met vrienden, bekenden en andere bootjesgekken te praten. Dat houdt je warm op een koude, vochtige winterdag! (Met dank aan een collega Toerzeiler voor de foto's)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten