24. Zeilen in Friesland







We blijven dus in de buurt. Gelukkig hebben we nog een prachtig weekend met warm zomers weer. We varen richting Grou, leggen de boot voor anker op de Peanster Ie en nemen een duik. Het water moet wel bijna subtropisch aanvoelen voordat wij ons daartoe laten verleiden, en zo ver is het blijkbaar nu. 



 Dat is zeker een vermelding waard!Ik zal u niet vermoeien met foto’s van ons in badpak. Geloof me: de Sylke is mooier in haar natte nakie: ze is minstens 50 jaar jonger, gladder van huid en zij heeft nog wel al haar verleidelijke rondingen!


Het water is inderdaad lekker opgewarmd zo aan het einde van de zomer. Het is leuk om wat rondjes rond de boot te zwemmen, uit te puffen hangend op een fender (dat krijg je als je veel te weinig zwemt) en haar vanuit het water te bekijken. Ons Engelse bijbootje hebben we ditmaal mee. Even de waterlijn schoonmaken en een paar leuke plaatjes schieten. Het roeit echter voor geen meter met de boomstammen die erbij horen. Goed dat we dat weten; daar moeten we wat anders op verzinnen. Voordat we het in de gaten hebben loopt het seizoen alweer ten einde. We poetsen en verfraaien nog een beetje: een laatje hier en een lijntje daar. Lekker wat aanrommelen. In de spaarzame najaarsweekenden dat het niet regent, maken we tochtjes door smalle slootjes en ondiepe meertjes. Via de Modderige Bol en het Grytmansrak naar de Grutte Krite; aan een landje liggen in de Holstmar. Wat een gezellig klinkende namen hebben die Friese watertjes toch. Het is alweer een tijd terug dat we hier zijn geweest; zeg maar een boot of drie geleden...Earnewâld (voor buitenlanders: Eernewoude) wordt weer bezocht. Wat ons betreft een van de liefste watersportdorpjes in de omgeving. We meren af in een box in het kleine, ondiepe haventje; we passen er met deze boot weer in! 

De Alde Feanen en de Princenhof brengen een heleboel fijne herinneringen naar boven. Herinneringen uit mijn jeugd maar ook herinneringen van zwoele zomerse dagen met onze eigen kinderen. Zij waren nog klein en wij hadden nog geen boot: een grote Canadese kano huren en dan met lunchpakketjes, handdoeken en zonnebrand de hele dag het water op. Watersport hoeft niet duur te zijn. Terug door de smalle Geau. De bootjes liggen in een lange sliert afgemeerd aan de landjes van de Marrekrite. Men geniet van een bescheiden najaarszonnetje. Het overgebleven vaarwater is ongeveer één boot breed. Een meneer zit -met een biertje in de hand- met belangstelling vanaf zijn achterdekje de passerende scheepjes te bekijken. Hij ziet ons, kijkt ons na, steekt met een grote grijns zijn duim op en roept: “mooi scheepje meneer” Dan kan je dag toch niet meer stuk?!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten